🌍 Visie: tijd voor een toekomstgerichte en rechtvaardige energietransitie
Veel adviezen rondom woningverduurzaming zijn vandaag de dag gestoeld op wat
haalbaar is binnen bestaande regelgeving en subsidiestromen. Daarmee ontstaat een praktijk waarin
bureaucratisch haalbare normen de richtlijn zijn.
Zoals een minimale Rc-waarde van 3,8 voor dakisolatie, het adviseren van uitsluitend spouwmuurisolatie,
het naleven van de minimale BENG-eisen, onwerkbare (OPEX/CAPEX) en onhandige (TCO) kostenverdelingen tussen huurder en verhuurder
en geen uitspraak over de mate van energieopslag terwijl die wel noodzakelijk is bij de dagelijks fluctererende overschotten en tekorten aan duurzame bronnen.
De daadwerkelijke bijdrage van de huidige adviezen naar een duurzame, betaalbare, veerkrachtige en sociale toekomst blijft beperkt.
Het rekenmodel op deze website is bedoeld om inzicht te geven in financiële en technische effecten van maatregelen.
Tegelijk roept het besef zich steeds sterker op dat
de energietransitie een bredere visie vereist dan wat terug te rekenen valt in euro’s of kilowatturen.
📉 De beperking van het “minimaal voldoen”-denken
- blijven kansen liggen voor werkelijk toekomstbestendige oplossingen;
- worden huishoudens met beperkte draagkracht vaak overgelaten aan oppervlakkige maatregelen zonder structureel effect;
- wordt onvoldoende geanticipeerd op systeemrisico’s zoals dunkelflautes — perioden van langdurige windstilte en weinig zon;
- blijft de gebouwde omgeving ver verwijderd van de ruimtelijke en sociale kwaliteit die wél mogelijk is;
- wordt er te weinig gedaan aan een betere balans in het energiesysteem — met als gevolg onnodige pieken in opwek (zonnepanelen) en verbruik (warmtepompen en elektrisch vervoer), die energienetten overbelasten.
Het is alsof de energietransitie stuurloos wordt ingericht met een afvinklijst, niet met een kompas.
🏛 Een oproep aan ontwerpers van beleid én ruimte
Deze uitdagingen vragen om betrokkenheid van partijen die verder durven denken dan de korte termijn. Daarom een nadrukkelijke, constructieve oproep aan:
- Landelijke politici: Neem eigenaarschap over de energietransitie als sociaal en ruimtelijk vraagstuk, niet slechts als klimaat- of begrotingsdossier. Stimuleer beleid dat ruimte laat voor regionale differentiatie, collectieve oplossingen, sociale rechtvaardigheid en rekening houdt met een energiesysteem die Dunkelflautes aan kan voor maatschappelijk rust, economische groei en stabiliteit op vele fronten.
- De Rijksbouwmeester en de rijksadviseurs: Geef richting aan een nationaal toekomstbeeld waarin energie, ruimte, betaalbaarheid en esthetiek elkaar versterken. Breng het grotere verhaal terug in een versnipperd landschap van losse maatregelen.
- Visionaire architecten en stedenbouwkundigen: Heropen het gesprek over wat “duurzaamheid” werkelijk betekent — niet als technisch minimum, maar als culturele, ruimtelijke en sociale belofte. Verduurzaming verdient ontwerpkracht en het integreren van energie opwek en opslag in de wijk.
🔍 Een hulpmiddel, geen eindpunt
De cijfers op deze website vertellen iets over kosten, opbrengsten en effecten. Maar de diepere vragen — wat werkelijk nodig is, wat eerlijk is, wat houdbaar is — raken aan politieke keuzes, maatschappelijke waarden en ruimtelijk ontwerp.
Wie zich met deze vragen bezighoudt, zal erkennen: de echte transitie is niet die van techniek, maar die van mentaliteit: een manier van denken waarin systeeminzicht, solidariteit en toekomstgericht handelen leidend worden.
📬 Meedenken of bijdragen?
Voor iedereen die werkt aan een eerlijker, slimmer en toekomstbestendiger energielandschap is er plek om dit gesprek te verdiepen. Neem contact op via info@mijnenergiesom.nl of zoek verbinding met denktanks, architectencollectieven, bewonersinitiatieven en beleidsmakers die de lat hoger durven leggen.
⚖️ Voorbeelden van toekomstgericht rechtvaardig denken:
Wat maakt een oplossing écht rechtvaardig?
Techniek is belangrijk — maar niet bepalend. Of een oplossing
rechtvaardig en toekomstgericht is, hangt af van wie ervan profiteert, wie beslist, en hoe duurzaam en inclusief het is. Overweeg daarom bij elke keuze de volgende vragen:
- Voor wie is het bedoeld? Krijgen ook huurders, lage inkomens en kleine ondernemers toegang? Of vooral mensen met investeringsruimte?
- Wie beslist en wie profiteert? Heb je als bewoner of buurt zeggenschap? Word je mede-eigenaar via een energiecoöperatie of leverancier?
- Is er oog voor verschillen? Niet elke woning, wijk of bewoner past in een standaardoplossing. Rechtvaardigheid vereist maatwerk.
- Is het toekomstbestendig? Is de oplossing tijdelijk (zoals WKK) of draagt het bij aan structurele verduurzaming?
- Hoe worden kosten en baten verdeeld? Wie betaalt mee, wie krijgt voordeel? Is er solidariteit of juist versnippering?
- Kun je bijsturen en leren? Zijn keuzes flexibel, democratisch en adaptief — of vastgelegd zonder ruimte voor verbetering?
Let op: een technische oplossing is pas echt krachtig als ze deze vragen goed beantwoordt. Daarom helpt het om elke maatregel te koppelen aan zeggenschap, eigendom, solidariteit en toekomstwaarde.
Hoe toekomstgericht denken meer is dan techniek en kosten?
Energie is geen puur technische of lokale kwestie — het raakt de
veiligheid, onafhankelijkheid en veerkracht van een land. Wie écht toekomstgericht wil denken, houdt rekening met geopolitieke spanningen, schaarste en veranderend weer.
- Geopolitieke risico’s: Afhankelijkheid van gas, olie of uranium uit andere landen brengt risico’s met zich mee — zeker in tijden van conflict of instabiliteit.
- Nationaal strategisch belang: Als een land zijn warmte en stroom niet meer kan garanderen tijdens een dunkelflaute (weken zonder zon én wind), ontstaat een risico op systeemfalen en onrust.
- Gelijkheid onder druk: Als kwetsbare groepen de hoogste prijzen betalen bij energiepieken, groeit ongelijkheid — wat democratische stabiliteit kan ondermijnen.
- Vertrouwen in de overheid: Burgers verwachten betrouwbare en betaalbare energie. Als dat mislukt, wordt draagvlak voor klimaatbeleid en energietransitie snel kleiner.
Overweeg daarom: oplossingen die onafhankelijker maken, robuust zijn in extreme situaties, en de binnenlandse veerkracht en stabiliteit versterken. Denk aan lokale opslag, collectieve buffers, en energiecoöperaties — als antwoord op onzekerheid én als bron van vertrouwen.
Hoe subsidies rechtvaardigheid minder tegenwerken?
Veel subsidieregelingen zijn gericht op korte termijn en individuele maatregelen zoals zonnepanelen of warmtepompen. Maar ze vergeten collectieve opslag of buffers — essentieel voor een betaalbaar en robuust systeem voor iedereen.
Gevolg: wie het kan betalen krijgt subsidie en verlaagt zijn rekening, terwijl wie huurt of geen spaargeld heeft vaak duurder uit is.
Overweeg: subsidies die ook lokale warmtebuffers, seizoensopslag of energiecoöperaties ondersteunen. Daarmee profiteren álle huishoudens, ongeacht bezit of inkomen — en wordt het net minder kwetsbaar.
Hoe corporaties vaak niet mee kunnen in rechtvaardigheid?
Corporaties willen verduurzamen, maar krijgen nauwelijks ruimte om te investeren in wind, buffers of warmte- en eigen elektriciteitsnetten. Subsidies sluiten vaak huurwoningen uit — en de regels voor rendement of WOZ-begrenzing maken investeren in opslag vaak onmogelijk.
Gevolg: huurders betalen relatief veel, terwijl juist zij de grootste besparing kunnen halen met collectieve opslag of duurzame warmte-oplossingen.
Overweeg: ruimte maken in beleid en financiering zodat corporaties kunnen investeren in buffers, warmteopslag of deelname in lokale energieprojecten. Zo wordt niet alleen het net ontlast, maar ook de energierekening van honderdduizenden huurders structureel verlaagd.
Waarom het elektriciteitsnet 'vol' zit — en wat jij, je gemeente of coöperatie wél kunt doen
Steeds meer woningen krijgen geen nieuwe aansluiting of verzwaring — zelfs als ze alleen zonnepanelen of alleen een warmtepomp willen. Het net lijkt vol, maar dat komt vooral door pieken in opwek en verbruik, vaak op verkeerde momenten. Met eigen oplossingen thuis, in de wijk en gemeente kan het met de helft van de pieken ook prima uit. En zijn slechts delen van netten vol en hoeven we niet met zijn allen tot meer dan 10 jaar in de wachtrij te staan.
Overweeg: slimmer omgaan met je energie. Denk aan:
- Lichtere omvormer bij zonnepanelen — die juist buiten de piekuren meer levert en het net minder belast en meer opwekt in de ochtend, avond en bewolkt weer.
- Warmte- of elektriciteitsopslag om je warmtepomp niet tegelijk met de rest van de buurt te laten draaien en om de dure uren te vermijden. Warmte-opslag is zo'n 10 maal goedkoper en duurzamer dan een thuisaccu.
- Regeling of sturing op basis dynamische tarieven of via de netheheerder, coöperatie of buurtplatform zodat installaties samenwerken in plaats van pieken veroorzaken.
Let op: wie nú installeert zonder deze slimme maatregelen, blokkeert later ruimte voor zichzelf én anderen. Netcongestie ontstaat niet door schaarste aan energie — maar door gebrek aan afstemming.
En andersom werkt dat ook zo: wat nu blokkeert vanuit eerdere investeringen kan opgeheven worden door als nog zwaardere oudere omvormers te vervangen door lichtere omvormers, door alsnog warmte-opslag te realiseren bij CV installaties met een warmtepomp en een solaridariteitsactie te starten voor slim energiegebruik in de gemeente dat ook uiteindelijk in het belang is van iedereen voor stabiele en betaalbare energie. En door apparaten schakelen op de laagste dynamische tarieven, ook al heb je een vast tarief.
Als het bij regenpijpen lukt… waarom niet bij energie?
Gemeenten stimuleren al jaren het afkoppelen van regenpijpen van het riool — om overbelasting bij hevige regenval te voorkomen. Met subsidies, collectieve aanpak en praktische ondersteuning lukt dat goed.
Waarom ontbreekt zo’n aanpak bij energie? Ook daar geldt: bij piekbelasting (zoals zonnestroom die terug het net op moet) of warmtevraag in de winter raken netten overbelast. Toch zijn er nauwelijks regelingen die bewoners of coöperaties helpen met slimme oplossingen zoals opslag of vraagsturing.
Net als bij regenwater: pas als veel woningen meedoen, voorkom je overbelasting van het systeem — en zijn de maatschappelijke baten veel groter dan de individuele kosten. Dat vraagt dus collectieve prikkels, regie én waardering voor solidariteit.
Overweeg stimuleringsmaatregelen zoals:
- 📦 250 euro subsidie per 100 liter warmtebuffer — voor collectieve wijkopslag, blok van woningen of per woning. Waardoor warmtepompen minder tegelijk draaien. Omdat dit veel onnodige infrastructuur en bijdraagt aan minder kans op energiearmoede.
- ⚡ 250 euro per 1000 VA als terugbetaling bij installatie van een lichtere (slimmere) omvormer die het net niet overbelast. Omdat dit veel solidariteit geeft aan allen die nog geen zonnepanelen kunnen nemen.
- 🤝 Subsidie voor lokale netafspraken (bijvoorbeeld via energiecoöperaties) zodat teruglevering en verbruik beter op elkaar afgestemd worden. Omdat dit zoals voor elektrisch laden van auto's en hoogbouw met reeds aanwezige warmte-opslag veel onnodige verzwaring van infrastructuur voorkomt.
- 🧠 50% korting op slimme schakelaars die wasmachines of warmtepompen inschakelen bij overschotten of lage netbelasting. Omdat ook dit veel onnodige infrastructuur en energiearmoede voorkomt.
- 🏘️ Beloning per woning die meedoet aan een collectieve buurtbuffer of wijkaccu — bijvoorbeeld 500 euro bij deelname van 10+ woningen. Om ook projectontwikkelaars te belonen die dit organiseren.
- 🕰️ Extra subsidie bij seizoensopslag — bijvoorbeeld 1000 euro per huishouden dat deelneemt aan een collectief systeem van 100 m³ of meer. Om ook projectontwikkelaars en cooperaties te belonen die dit organiseren.
Dus: als het lukt bij regenpijpen… dan is er geen reden waarom het bij energie níét zou kunnen. Zolang er erkenning komt voor het collectieve effect én voor de mensen die solidair willen investeren in onze gezamenlijke energietoekomst.
Hoe wil je omgaan met een warmtepomp?
Een warmtepomp haalt warmte uit de buitenlucht of de bodem. Het gebruikt stroom in plaats van gas.
Vraag jezelf: Maar wanneer wil je die aan hebben staan? Tijdens de duurste uren van de dag en het dan ook het elektriciteitsnet in je buurt overbelast? En geldt dan ook hetzelfde voor het opladen van auto's om de duurste uren te vermijden? Hoe groot zou je warmte-opslag moeten zijn om de pieken van de dag te vermijden? Wil je dan ook de Dunkelflaute aankunnen als energie nog schaarser en onbetaalbaarder wordt?
Wat betekent Rc-waarde?
Rc-waarde geeft aan hoe goed een dak of muur is geïsoleerd. Hoe hoger, hoe beter. Regels zeggen vaak: Rc 3.8 is genoeg. Maar in de toekomst, met koudere winters en duurdere stroom, is meer isolatie slimmer.
Vraag jezelf: Wil ik voldoen aan het minimum, of voorbereid zijn op een onvoorspelbare toekomst? Niet voor niets is er in veel landen de passief huis norm met 15 kWh/m2/jaar voor nieuwbouw en 25 kWh/m2 voor bestaande woningen in plaats van de Nederlandse BENG met 50 kWh/m2/jr of meer met de vele geitepaadje formules.
Waarop letten met zonnepanelen?
Zonnepanelen leveren stroom. Maar dat kunnen ze niet zonder een omvormer. En niet als iedereen tegelijk maximaal teruglevert, dan raakt het net vol. Terwijl je in de vroege ochtend, ’s avonds, nacht en winter weinig opwekt.
Overweeg: optimaliseer zonnepanelen door een lichtere omvormer te nemen, die zal 's ochtends, 's avonds en bij bewolkt weer meer opleveren en voorkomt dat elektriciteitsnetten (snel) overbelast raken. Kies bijvoorbeeld bij 10 zonnepanelen van 400 Wp een omvormer van maximaal 2500 VA, niet 4000 VA of zwaarder.
Waarom lokale wind slim is — zeker in de winter?
Windenergie levert juist in de winter veel op — precies wanneer er meer vraag is naar stroom. Een eigen windturbine op land, gekoppeld aan een GDS-kabel naar een bedrijventerrein of woonwijk, kan dan een slimme en stabiele bron zijn.
Overweeg: deelname aan een lokale energiecoöperatie. Daarmee krijg je niet alleen zeggenschap, maar vaak ook langdurige zekerheid over lage energiekosten. Met voldoende opslagcapaciteit (zoals warmtebuffers) kun je de opgewekte energie ook buiten piekuren benutten.
Waarom eigen opslag steeds slimmer wordt?
Opgeslagen energie maakt je minder afhankelijk van hoge energieprijzen en van het energienet. Terugleveren loont steeds minder, nemen kosten tijdens de duren uren toe en kan lokale opslag (zoals een buurtbatterij of warmtebuffer) voor lokale overbelaste netten juist het verschil maken.
Overweeg: een thuisaccu of buurtopslag als je zonnepanelen of een winddeel hebt. Warmteopslag (zoals een boiler of buffervat) is vaak goedkoper en efficiënter dan stroomopslag. Samenwerken via een energiecoöperatie biedt kansen voor betere afspraken over gebruik, kosten en rendement.
Wat voor soort opslag heb je echt nodig?
Dagopslag of een thuisbatterij helpt maar beperkt. In de winter is er minder zon én soms ook minder wind. Dan zijn tarieven hoog en netten kwetsbaar. Een dagje overbruggen is dan niet genoeg. Een thuisaccu zou niet veel meer hoeven zijn dan 5 tot 10 kWh per woning vanwege de prijs (10 keer duurder dan warmte-opslag) en energieverlies en ruimte.
Overweeg: oplossingen voor dunkelflaute of seizoensopslag. Denk aan warmteopslag in watervaten, diepe buffers of ondergrondse opslag zoals in Denemarken. Zulke systemen zijn duurzamer en schaalbaarder als je ze deelt — via een coöperatie of wijkoplossing. Zo profiteer je van eerdere overschotten, zelfs bij langdurige kou.
Hoeveel opslag is nodig — energie trilemma?
De verwachting is dat er zo'n 3 PJ per dag verbruik is in 2050 met tot zo'n 7 PJ per dag zon en windopwek als er veel zon en windenergie is (bron:
EBN, Forecast 2050). In donkere windstille periodes kan deze duurzame opwek terugvallen naar minder dan 0.5 PJ per dag en dat kan een aantal dagen tot 2 weken aanhouden (Dunkelflaute, bijvoorbeeld februari 2017). Dat betekent dat andere bronnen en import dan moeten bijspringen.
Overweeg: de lokale (eigen) opslag minimaal zo groot te maken als nodig is voor 2 weken benodigde energie tijdens een dunkelflaute en kies daarbij voor lokale of regionale oplossingen die goedkoper zijn dan landelijke oplossingen zoals kernenergie.
Energie trilemma (bron: Energy trilemma, TU/e): met de stijging van duurzame bronnen (sustainability) neemt de netstabiliteit af als zon en windenergie abrupt, kort- of langerdurend wegvallen (grid stability) dat maatschappij ontwrichtend is als daar geen betaalbare opwek en opslag tegenover staat (affordability).
Hoeveel seizoensopslag is nodig?
Voor lage kosten in de winter — ook als wind en zon tegenvallen — is warmteopslag voor meerdere maanden nodig. In Denemarken bestaan al grote wijkbuffers.
Vuistregel:
- Bij BENG-niveau: ca. 100 m³ warmteopslag per rijtjeswoning om grotendeels zelfvoorzienend te zijn van september tot maart.
- Bij passiefhuis: circa 25 m³ per woning.
Let op: dit is vooral haalbaar in collectieve systemen of als je voldoende ruimte hebt (zoals een ingegraven vat of ondergronds bassin).
Hoeveel dunkelflaute opslag is nodig?
Dunkelflaute betekent: dagen of weken zonder zon én wind. Dan red je het niet met dagopslag en heb je een buffer nodig die je minstens een week kan overbruggen.
Vuistregel:
- Passieve woning: 1 m³ warmteopslag.
- BENG-woning: 4–5 m³.
- Oudere/grotere woningen: vaak meer dan 10 m³, tenzij extra geïsoleerd.
Let op: deze opslag is veel efficiënter in combinatie met lokale wind of warmtenetten. De aanleg en het energieverlies worden gunstiger als je met meerdere woningen samenwerkt (vanaf 4 woningen of meer).
Wanneer opslag weinig of geen nodig is?
Opslag is niet nodig als gebruik wordt gemaakt van continue bronnen. Bijvoorbeeld als je gebruikmaakt van aardwarmte (geothermie) met hoge temperaturen (rond 70°C) of als je deelneemt in een groot energienet met bijvoorbeeld een kerncentrale.
Let op: hoewel deze bronnen relatief stabiele en continue energie leveren, brengen ze ook hun eigen beperkingen en onzekerheden mee. Geothermie hangt sterk af van de bodemgesteldheid en is niet overal even makkelijk toepasbaar. Kernenergie biedt veel vermogen, maar heeft te maken met uitdagingen rond kernafval, hoge investeringskosten en maatschappelijke discussie. En bovel al: dit is lokaal op te pakken.
Hierdoor zijn deze opties minder flexibel en vaak moeilijk te combineren met kleinschalige, lokale energieopwekking en directe energiebesparing. Opslag en lokale wind- en zonne-energie blijven daarom belangrijke pijlers voor een toekomstbestendige en rechtvaardige energiemix.
Tijdelijke oplossing: WKK op aardgas, importgas of biogas voor nieuwe wijken en bedrijfsuitbreiding
Een warmtekrachtkoppeling (WKK) van circa €1 miljoen per MW op aardgas, importgas of biogas kan op korte termijn een haalbare en betaalbare oplossing zijn voor elektriciteit- en warmtelevering aan nieuwe wijken of bedrijventerreinen omdat het betaalbaar opwek vermogen toevoegd en redelijk snel is te realiseren. Om het betaalbaarder en duurzamer te maken kan met lokale windenergie als een gecombineerde oplossing efficienter en betrouwbaarder werken aangezien een WKK onderhoud nodig heeft en vaak niet de warmte kwijt kan.
Brandstofkosten:
- Aardgas: €25–40/MWh — goedkoop maar fossiel.
- Importgas: €35–60/MWh — wisselend en minder betrouwbaar.
- Biogas: €80–120/MWh — duurzaam maar 2 à 4 keer duurder dan aardgas.
Vergelijking met kernenergie: een kerncentrale van 1600 MW met €20 miljard investering levert stroom tegen €80–120/MWh (bij 600.000 woningen), maar vereist tientallen jaren ontwikkeltijd en is niet lokaal beheerbaar.
Afweging: een WKK is geschikt als tijdelijke overbrugging zonder te investeren in grootschalige opslag voor nieuwbouw wijken en uitbreiding van bedrijven. Maar bevordert niet het goed benutten van pieken uit wind en zon. Daarom is het vooral een tussenoplossing, geen structurele toekomstvisie voor nieuwbouw. Wel als oplossing voor Dunkelflautes voor nieuwe en bestaande wijken mits genoeg energie-opslag wordt toegevoegd om de warmte en elektriciteit van de WKK en overschotten van zon- en windopwek te benutten.
Hoe vat krijgen op verloren tijd door verkeerde prikkels?
De energietransitie vraagt om slimme keuzes. Toch gaan veel investeringen nu naar symptoombestrijding: het verzwaren van netten, tijdelijke gascentrales of extra subsidies voor teruglevering. Dat lijkt logisch, maar leidt zelden tot structurele oplossingen.
Gevolg: er wordt méér stroom geproduceerd dan gebruikt kan worden, terwijl opslag en buffercapaciteit achterblijven. Dat maakt het systeem instabieler én duurder — en drukt de lasten uiteindelijk bij huishoudens en wijken zonder eigen middelen.
Overweeg: het herzien van prikkels: investeer eerder in opslag en collectieve buffers, zodat zon- en windoverschotten lokaal nuttig ingezet kunnen worden. Daarmee bespaar je miljarden aan netkosten en vermijd je tijdelijke en fossiele noodoplossingen.
🕹️ Regie op energie:
Energie raakt ons allemaal — in ons comfort, onze kosten en onze toekomst. Maar wie neemt de besluiten? En wie draait aan de knoppen als het gaat om windmolens, opslag, isolatie of tarieven?
Regie op energie gaat over zeggenschap, richting en verantwoordelijkheid. Wie bepaalt de koers: jijzelf, je wijk, een gemeente of een commerciële partij? Hoe voorkom je dat het energiebeleid alleen door marktlogica, subsidies of monopolisten wordt gestuurd?
Handelingsperspectief begint bij inzicht én invloed. Daarom is het belangrijk om te werken aan een energietoekomst waarin keuzes lokaal gedragen, technisch doordacht en sociaal rechtvaardig zijn — en ondersteund door echte kennis.
Hieronder vind je voorbeelden, inzichten en overwegingen die helpen om zelf — of samen — regie te nemen.
Denk aan de rol van coöperaties, de noodzaak van goede opslag, en de opkomst van de energiearchitect.
Hoe maken we energie weer onderdeel van ons dagelijks leven — iets van ons, omdat wij erop leven, ervoor betalen en de gevolgen dragen als het faalt?
Energie raakt aan onze manier van leven — aan warmte, voedsel, veiligheid en vrijheid. En toch wordt er vaak over beslist alsof het slechts om cijfers of netwerken gaat. Maar wie betaalt, leeft en kiest, hoort ook zeggenschap te hebben.
In een beschaving hoort energie niet uitsluitend van markten of overheden te zijn. Zij is van mensen — van buurten, families, bedrijven en gemeenschappen. Want zij dragen het dagelijks, zij bouwen ermee aan de toekomst.
Overweeg: om energie opnieuw te zien als een gedeeld goed. Zoals we ooit onderwijs en drinkwater samen hebben vormgegeven, zo kunnen we ook onze energievoorziening inrichten op basis van rechtvaardigheid, samenwerking en redelijkheid. Niet om alles zelf te doen, maar om samen verantwoordelijkheid te nemen — met steun van vakmensen, met transparantie en met zorg voor wat komt.
Zo wordt energie geen strijd om macht of winst, maar een oefening in beschaving: in evenwicht in het leven tussen vrijheid en verbondenheid.
Wie beslist over jouw energie?
Energieprojecten bepalen hoe jouw buurt er straks uitziet — en wat je betaalt. Toch worden beslissingen vaak top-down en monopolistisch genomen, terwijl bewoners, gebouweigenaren en coöperaties steeds vaker verantwoordelijkheid krijgen. Maar zeggenschap vraagt méér dan een uitnodiging aan tafel.
Probleem: energie is complex. En lokale kennis en capaciteit schieten vaak tekort. Veel energiecoöperaties en gemeentes draaien op vrijwilligers, maar hebben nauwelijks professionele ondersteuning voor elke klantcontact. Dan blijven keuzes steken in goede bedoelingen, afhankelijkheid van commerciële partijen, of uitstel.
Overweeg daarom: zeggenschap te combineren met échte professionele ondersteuning. Niet elke bewoner of vrijwilliger hoeft energie-expert te zijn — maar élke buurt verdient een
energiearchitect: een onafhankelijke vakmens die samen met bewoners, gemeente en bedrijven ontwerpt aan toekomstbestendige oplossingen.
Wat doet een energiearchitect?
Net als een stedenbouwkundige of bouwkundig architect, kijkt een energiearchitect naar:
- technische samenhang (warmte, stroom, opslag, netten, seizoensinvloeden, woningaanpassing, isolatie)
- rechtvaardigheid (kosten, zeggenschap, veerkracht)
- toekomstgerichtheid (dunkelflaute, 2050-doelen, geopolitiek)
Zo wordt energie niet alleen een technisch vraagstuk, maar ook een goed doordacht onderdeel van de leefomgeving — gedragen én doordacht.
Hoe wordt je energiearchitect?
Misschien denk je: “Leuk bedacht, zo’n energiearchitect — maar waar vind je die?” Of: “Goeie grap... dat ben ik dus ineens zelf?”
De grap is: het is geen beschermde titel. Maar de verantwoordelijkheid is serieus. Een échte energiearchitect combineert kennis van techniek, gedrag, rechtvaardigheid én lange-termijn-denken.
Een energiearchitect kent of begrijpt onder meer:
- De principes van passief bouwen en BENG-eisen
- Isolatiematerialen, dampopen vs. dampdichte lagen, dauwpunt en condensatie
- Gevaarlijke materialen zoals asbest, en hoe je die veilig benadert
- De werking en beperkingen van thuisbatterijen en buurtopslag
- Het verschil tussen kW (vermogen) en kWh (verbruik/energie)
- Warmteverliesberekeningen en transmissies
- De rol van ventilatie, kierdichting en warmte-terugwinning (WTW)
- De logica van dunkelflaute en seizoensopslag
- Verschillen tussen aardgas, biogas, H2, en geothermie
- Elektriciteitsnetten, netcongestie en opwek- en (Nedu) verbruiksprofielen
- Overheidsbeleid, subsidiestromen en investeringsprikkels
- Het ontwerpen van collectieve systemen: warmtenetten, wijkopslag, winddelen
- Communicatie, gedragsverandering en bewonersparticipatie
- Geopolitieke afhankelijkheden en leveringszekerheid
- De kracht én valkuilen van energiecoöperaties
Met andere woorden: een energiearchitect is géén verkoper, géén installateur, en géén beleidsambtenaar. Maar wél een vakmens die weet hoe techniek, rechtvaardigheid en toekomstgerichtheid samenkomen — en hoe je daarover eerlijk kunt praten met bewoners, bestuurders en bedrijven.
Overweeg daarom: een opleiding, specialisatie of teamvorming waarin vakmensen zoals bouwkundigen, installateurs, bewonersbegeleiders en systeemdenkers samenkomen. Of steun het ontstaan van een nieuwe beroepsgroep: de energiearchitect van de toekomst.
Heb jij het in je om energiearchitect te zijn?
Een energiearchitect denkt niet in losse maatregelen, maar in samenhang: toekomstgericht, rechtvaardig én technisch doordacht. Wat heb je daarvoor nodig? Bekijk de checklist:
Vaardigheden en kennisgebieden:
- Kennis van isolatiewaarden (Rc-waarde, U-waarde, kierdichting)
- Opleiding of ervaring met passief bouwen en BENG
- Inzicht in dampdichtheid, dauwpunt, en vochtproblematiek
- Herkenning en omgang met asbest en andere risicomaterialen
- Kennis van type isolatiematerialen en milieubelasting
- Begrip van elektrische eenheden (kW, kWh, piekbelasting)
- Warmte en lucht (COP, warmtepompgedrag, WTW, condens en schimmel)
- Kennis van thuisbatterijen (LTO, LFP, Li-ion (NMC), zout, redox), gelijkrichters, omvormers, BMS en veiligheid
- Inzicht in warmtenet generaties en warmetnet aanleg kennis, WKO's, WKK's, buffers en seizoensopslag
- Kennis van zonnepaneeltypes, oriëntatie en omvormers
- Windenergie-inschatting op lokale schaal (masten, GDS)
- Wettelijke kaders rond participatie en vergunningen
- Gevoel voor rechtvaardige verdeling, ook bij subsidies
- Vaardigheid in communicatie, samenwerking en participatie
Rechtvaardig en toekomstgericht denken zoals:
- Langetermijnvisie ontwikkelen — voorbij kortetermijnsubsidies of hypes.
- Geopolitieke stabiliteit meewegen in je energieontwerp.
- Sociale rechtvaardigheid bewaken: ook kwetsbare groepen mee laten doen.
- Materiaalgebruik en herkomst kritisch beschouwen.
- Collectief belang afwegen tegenover individuele voordelen.
- Financiële prikkels doorzien én ter discussie durven stellen.
- Zorgzaam omgaan met zon, wind, bodem en water.
- Herkennen dat uitstel structurele schade oplevert.
- Digitale én fysieke veiligheid van energiesystemen begrijpen.
- Transparantie in keuzes en processen eisen en bevorderen.
- Zoete broodjes onderscheiden van werkende oplossingen.
Overweeg: jezelf of anderen op te leiden, te begeleiden of te waarderen als lokale energiearchitect. De transitie heeft deskundige gidsen nodig — met technisch inzicht, moreel kompas én verbindend vermogen.
Sprookjes onderscheiden van structurele oplossingen
Niet alles wat aantrekkelijk klinkt, werkt ook echt. Denk aan mooie beloftes of hypes die technisch of sociaal niet haalbaar zijn.
Overweeg: richt je op oplossingen die bewezen zijn, schaalbaar zijn en passen binnen langetermijndoelen zoals betaalbaarheid, betrouwbaarheid en duurzaamheid.
Marketingbeloftes onderscheiden van haalbare realiteit
Veel oplossingen worden verkocht alsof ze alle problemen oplossen. Maar niet alles wat slim klinkt, werkt in de praktijk of tegen lage kosten.
Overweeg: vraag altijd: wat zijn de randvoorwaarden? Werkt dit ook in een bestaande wijk, of alleen op papier?
Kritisch toetsen wat écht werkt en schaalbaar is
Een kleine pilot is geen bewijs voor landelijke uitrol. En sommige ideeën zijn lokaal top, maar elders onhaalbaar.
Overweeg: toets oplossingen op effectiviteit, toepasbaarheid in bestaande bouw en maatschappelijke rechtvaardigheid.
Schone schijn onderscheiden van systemische verandering
Soms lijkt iets duurzaam, maar verandert het weinig aan het systeem. Bijvoorbeeld dure installaties zonder opslag of afstemming.
Overweeg: werk aan oplossingen die ook op de lange termijn bijdragen aan lagere lasten, minder afhankelijkheid en echte verduurzaming.
Showprojecten herkennen versus robuuste oplossingen bouwen
Projecten kunnen indruk maken door technologie of uitstraling, maar missen soms eenvoud, schaalbaarheid of betaalbaarheid.
Overweeg: kies liever voor bewezen oplossingen die minder sexy lijken, maar wél goed werken op wijkniveau.
Symboolpolitiek onderscheiden van toekomstvaste keuzes
Sommige maatregelen zijn vooral voor de bühne. Ze lossen weinig op of leiden tot dure tussenoplossingen die over een paar jaar ingehaald worden.
Overweeg: investeer in robuuste keuzes die voorbereid zijn op 2040 en verder — niet op snel politiek succes.
Hypes en headlines doorprikken — kiezen wat op de lange termijn werkt
Wat vandaag de krant haalt, is morgen vergeten. Een toekomstbestendige aanpak vereist rust, kennis en kritische toetsing.
Overweeg: laat je niet leiden door trending technologieën, maar door betrouwbaarheid, bewezen effect en maatschappelijk nut.
mijn energiesom ...
Woning
Renovatieplan doorrekenen
Hoeveel energie verbruikt uw woning nu en wat zal dat zijn en kosten na aanpassingen?
naar woning rekentool
Mijn energiesom: van 2200 m3 gas per jaar naar 400 m3 gas per jaar
Isoleren met als doel de passief huis norm voor renovatie van 25 kWh/m2 per jaar te halen voor woningverwarming en daarmee 80% energiereductie.
WTW systeem trappenhuis inblaas en grote afvoerbuizen
PlasmaMade koolstoffilter op afzuigkap
Baopt diffusie ventilatieregeling
150 liter warmtepompboiler
douchepijp WTW
Quooker
dakisolatie Rc 10
platdakisolatie Rc 10 zonder dakopstand
gevelisolatie Rc 8
funderingisolatie Rc 4
4 dubbelglas
Rococo waterslagen buiten, diepe vensterbanken binnen
zonnescherm zuidgevel
R32 L-L warmtepompen verwarmen/koelen
trillingsdempers warmtepompen
40 W verwarmingsfolie "vloerverwarming"
laadpaal met netaansluiting en kWh meting
meterkast is groepenkast achter de laadpaal
dynamisch tarief
HomeWizard plus account dynamisch schakelen
LTO thuisaccu onbrandbaar en lange levensduur
PCM 220 kg Na2SO4 warmtebatterij 15 kWh
WTW inblaas verwarming/koeling met PCM batterij
zonnepanelen
uitschakeling zonnepanelen indien negatieve prijzen
schoorsteen verwijderd
klein dakraam verwijderd
klein slaapkamerraam verwijderd
afzuigkap buis naar buiten verwijderd
badkamerventilator en buis naar buiten verwijderd
radiatoren en leidingen verwijderd
gasaansluiting verwijderd
WTCB Optivent 1.3 WTW calculator
Therm 7.6 en Window 7.6 glas en kozijn calculator
Ubakus plus account Rc waarde calculator
Solar Edge installateur certificaat
Enphase Solar PV en battery installateur certificaat
Shmuel De-Leon batteries, fuel cells & EV certificaat
Deltares ontwerp van open en duurzame warmtenetten certificaat
PassiveHouse Designer certificaat
Kosten en opbrengsten obv zelf doen zonder subsidies voor "mijn jaren 70 woning"
Muur- + fundatie-isolatie 100 euro/m2 x 160 m2 = 16k, dakisolatie 50 euro/m2 x 85 m2 = 4.3k, glas + kozijnen 700 .. 1200 euro/m2 x 40 m2 = 35k. Totaal 57k per 40 jaar.
WTW 3k, WTW buizen 2k, warmtepompen 10k, Quooker 2k. Totaal 16k per 15 jaar.
Energiebesparing 1800 m3/gas a 1.45 euro/m3. Totaal 2610 euro/jr. Elektrisch verwarmen 1200 kWh a 0.40 euro/kWh. Totaal 450 euro/jr.
Investering versus opbrengst: 37 k per 15 jaar versus 2160 euro/jr x 15 jr. Totaal 32.4k.